Stola's: afscheidcadeau ds. Heeren Stola's: afscheidcadeau ds. Heeren
De paarse stola:

Iemand schreef mij dat de witte stola hem het meest aansprak omdat die zo rustig overkwam. Dat kun je inderdaad van deze stola niet zeggen.  Er zit onrust in, verwarring, chaos. En dat is de bedoeling.
Want leed betekent chaos voor mij. De Egyptenaar slaat een Hebreeuwse slaaf dood en Mozes slaat de Egyptenaar dood. Geweld volgt op geweld en er lijkt geen eind aan te komen. Wat brengt het aan leed en pijn ook voor anderen met zich mee. Gemis en woede, verdriet en onbegrip.
Dit verhaal zit mee in deze stola verweven. Net zoals het leed van Jezus dat al het leed opneemt. En nog niet tot een einde kon brengen.
De zwarte strepen hebben iets van een labyrinth waar je niet altijd weet waar je staat, waar de uitweg is. Want als je meent dat de pijn overwonnen is, sta je ineens weer helemaal aan het begin van rouwen, missen, verdriet hebben. Zo lijkt het. Het is niet zo, maar je gevoel zeg het weleens anders.
Ook Psalm 88 en Psalm 13 klinken mee: ik word door rampen bezocht.  Hoe lang nog wordt mijn ziel gekweld door zorgen? Leest u ze maar weer eens. Prachtige woorden voor wat niet in orde is in het leven van mensen. Nog geen uitweg gevonden heeft. Maar medegedragen wordt door God. Die rust is er wel!
De  paarse kleur heeft voor mij een kilte. Ik vind het geen warme kleur. Toch zit er ook warmte in de stola, in de kleurstelling naar elkaar toe, want de Goede Vrijdag blijft ook de diepe verbondenheid houden van hemels-blauw en liefde-rood. Die als kleuren paars laten ontstaan.
In de tranenvorm zit een rafelrand. Pijn blijft scheuren. Ook al kunnen tranen iets zuiveren, het zicht klaren. Ook al laten tranen medevoelen zichtbaar worden in de ogen van een ander. Maar het blijft scheuren.
De lichte kleine vlekken hebben te maken met liederen: Wees blijde nu in’t midden van het lijden (546 in het NLB) is een van de liederen die ik graag zing en die aangeeft dat er licht komt in het donker, “de koning komt de vredesstad bevrijden“. 
Theologisch van een andere kant geduid en verwoord zit dat in: O Haupt voll Blut und Wunden. Een lied dat ik in beide talen heel erg mag. „Ik dank U, o mijn vrede, mijn God die met mij gaat“.
Een stola met vele aspekten van leed en pijn, een stola die op Goede Vrijdag en weleens bij rouwdiensten gedragen kan worden. Een stola die thuishoort in de tijd van Advent en de Veertig Dagen.

De rode stola:
Rood als kleur is voor mij energie en warmte. Vertelt van een verlangen, is de kleur van liefde en vuur.
En natuurlijk heeft vuur ook de negatieve klank van het verbranden, maar als het een huis en de mens verwarmt, dan brengt het veel goeds.
Rood wijst mij naar het Kerstverhaal. Naar die bijzondere warmte in de nacht. En het lied ‘O Heiland reiss die Himmel auf“ (lied 437 Kom tot ons, scheur de hemelen, Heer) vertelt van de hoop dat het feest van de troost , van het goede en het licht beginnen mag. Geboorte - daar vloeit een heleboel bloed. Geboorte van een kind dat van het nieuwe vertelt. Van toekomst. Gloed-nieuw.
Gloed is een deel van het vuur. Gloed - verlangen dat ook in Zacheus leeft , die weten wil wie deze Jezus is. In David leeft, die zich verbonden heeft aan God en faalt en zich opnieuw verbindt en met alle menselijke kanten er mag zijn. Een gloedvol mens.
Waar menselijke warmte toe leidt hoor je bij de schoonvader Jetro van Mozes: Hij maakt zich zorgen over Mozes, die zijn taken eigenlijk niet meer aankan. Stel oudsten aan, stelt hij voor. Verdeel jouw taken over anderen. Maak het breder. Daar ligt Pinksteren op de loer.
Al die bewegingen zitten in de stola. De ronde vormen in plaats van vuurtongen hebben ermee te maken dat de cellen van het bloed ook vaak rond worden getekend. Dat bloed moet ook door ons heen en verwarmt en vernieuwt.
De beweging is het meest zichtbaar op deze stola. Vertrouwen duwt voort en verder. Liefde blijft raken en brengt nieuwe dingen tot stand. Steeds weer. De rode stoffen overlappen mekaar. De beweging gaat in elkaar over, neemt het van een ander over en geeft het door. Ook dat is zichtbaar in de ronde vormen.
Met Pinksteren,  met bevestiging van ambtsdragers is deze stola te dragen.
 
De witte stola:
Bij deze stola hoort een gedicht van Ida Gerhardt, een van de mooiste gedichten volgens mij:
Zondagmorgen
Het licht begint te wandelen door het huis
en raakt de dingen aan. Wij eten
ons vroege brood gedoopt in de zon.
Je hebt het witte kleed gespreid
en grassen in een glas gezet.
Dit is de dag waarop de arbeid rust.
De handpalm is geopend naar het licht.

 
Een nieuwe dag wordt omschreven, vredig en in alle eenvoud. De bijzonderheid zit hem in de kleine dingen, het witte kleed en de grassen. Ooit voorlopers van het graan. Brood, ons voedsel. Teken van leven voor iedere dag.
Heel zorgvuldig zijn de grassen, het graan uitgetekend op de stola. De graankorrel die door het donker moet om nieuw koren te laten groeien, uitbeelding van Pasen. De opstanding naar het leven. Dit is verweven in deze uitbeelding.
Belangrijk is dat God het eerste woord heeft, niet de mens. De bevrijding komt niet uit jezelf maar van de ander, de Ander. Soms wordt dat in engelen aangekondigd. Hoe verrassend zijn hun woorden en hoe zeer veranderen ze de werkelijkheid van mensen. Zo doet God. Daarom zit ook een vleugelteken op deze stola.
De kleuren zijn het wit van Pasen, ook van Kerst (ook al ben ik het er niet mee eens want voor mij hoort rood bij Kerst, bijv.), en het goud van God, de kostbaarheid van wat ons is beloofd. Steeds weer bevrijd worden uit onze angsten, uit onze bekrompen denkbeelden. Uit de dodelijke dingen. God gaat voor leven met ons.
Deze stola wordt gedragen met Pasen, kan gedragen worden met de zondagen tussen Pasen en Pinksteren en als je hoogliturgisch bent ook op de zondag Trinitatis, waar wij de eenheid van God Vader - Zoon - Heilige Geest vieren. Bij rouwdiensten kan deze stola ook gedragen worden.
 
Anne-Marie van der Wilt ben ik heel dankbaar voor haar uitvoering en werk. U en jullie als gemeente ben ik van harte dankbaar voor dit uitermate gulle cadeau. Het zal me met u en jullie blijven verbinden. Dat is prachtig!
 
Met een hartelijke groet,
Wiebke Heeren
 
terug